The Divine Life Society
Afdeling Aalst
Homepage


AAN ALEXANDER DE GROTE

Ook weigerde hij mee te gaan. De boze boodschapper zei: “Weet u niet dat onze keizer de zoon van Jupiter en de heerser over de aarde is? Als u op zijn voorstel ingaat zal hij u overladen met rijkdom, maar een weigering betekent de dood.” Dandin antwoordde: “Ik geloof in het geheel niet dat Alexander de zoon van Jupiter is. Ook betwijfel ik of hij rijkdom bezit, want zo hij rijkdom bezat, zou hij er tevreden mee zijn, in plaats van andere landen onder de voet te lopen en mensen te doden. En wie kan mij doden? Nooit heeft u een grotere dwaasheid verteld. Ik ben ongeboren en onvergankelijk Bewustzijn; nooit werd ik geboren en nooit zal ik sterven; ik ben oneindig, alomtegenwoordig en alwetend; en u wil me doden, kind dat u bent?”

Alexander was sterk onder de indruk van het relaas van zijn bode. Het antwoord maakte hem zelfs gelukkig. Hij schreef een brief om de wijze te vragen hem te onderrichten in de filosofie, de wetten, de moraliteit enz. van de hindoes. De nederige toon van de nieuwe boodschap beviel Dandin en hij antwoordde met een brief vol onderrichtingen:

Alexander werd door de brief zo nieuwsgierig dat hij onmiddellijk op weg ging. Toen hij de naakte asceet ontmoette, stond hij zo verstomd over het Brahmaanse ideaal van onthechting en onbevreesdheid, dat hij de oude monnik in alle nederigheid eer bewees.